2 - 1250/3 2 - 1250/3
BELGISCHE SENAAT SE
´NAT DE BELGIQUE
——— ———
ZITTING 2001-2002 SESSION DE 2001-2002
——— ———
18 JULI 2002 18 JUILLET 2002
——— ———
Wetsontwerp betreffende de rechten
van de patie¨nt Projet de loi relatif
aux droits du patient
Wetsvoorstel tot aanvulling, wat het klachtrecht
van de patie¨nt betreft, van de wet op de
ziekenhuizen, gecoo¨rdineerd op 7 augustus
1987
Proposition de loi complétant la loi sur les hoˆpi-
taux, coordonnée le 7 aouˆt 1987, en ce qui
concerne le droit de plainte du patient
Wetsvoorstel betreffende het medisch zorgcon-
tract en de rechten van de patie¨nt Proposition de loi relative au contrat de soins
médicaux et aux droits du patient
Wetsvoorstel betreffende de rechten van de
patie¨nt Proposition de loi relative aux droits du patient
——— ———
VERSLAG RAPPORT
NAMENS DE COMMISSIE
VOOR DE SOCIALE AANGELEGENHEDEN
UITGEBRACHT DOOR
DE HEER REMANS
EN MEVROUW DE ROECK
FAIT AU NOM
DE LA COMMISSION
DES AFFAIRES SOCIALES
PAR M. REMANS
ET MME DE ROECK
——— ———
Aan de werkzaamheden van de commissie hebben deelgenomen: Ont participé aux travaux de la commission:
1. Vaste leden: de heren D’Hooghe, voorzitter; Barbeaux, mevrouw Bouarfa, de
heren Buysse, Cornil, Dedecker, Destexhe, Galand, Malcorps, Malmendier,
mevrouw Pehlivan, de heer Steverlynck, de dames van Kessel, Van Riet en de heer
Remans, rapporteur.
1. Membres effectifs: MM. D’Hooghe, président; Barbeaux, Mme Bouarfa, MM.
Buysse, Cornil, Dedecker, Destexhe, Galand, Malcorps, Malmendier, Mme Pehli-
van, M. Steverlynck, Mmes van Kessel, Van Riet et M. Remans, rapporteur.
2. Plaatsvervangers: de heer Colla, de dames de Bethune, De Schamphelaere,
de heren Devolder, Geens, mevrouw Leduc, de heren Lozie, Monfils, Siquet,
mevrouw Thijs, de heren Thissen, Vandenberghe, de dames Vanlerberghe en De
Roeck, rapporteur.
2. Membres suppléants: M. Colla, Mmes de Bethune, De Schamphelaere, MM.
Devolder, Geens, Mme Leduc, MM. Lozie, Monfils, Siquet, Mme Thijs, MM. This-
sen, Vandenberghe, Mmes Vanlerberghe et De Roeck, rapporteuse.
3. Andere senator: de heer Vankrunkelsven. 3. Autre sénateur: M. Vankrunkelsven.
Zie: Voir:
Stukken van de Senaat: Documents du Sénat:
2-1250 - 2001/2002: 2-1250 - 2001/2002:
Nr. 1: Ontwerp gee¨voceerd door de Senaat. No1: Projet évoqué par le Sénat.
Nr. 2: Amendementen. No2: Amendements.
Zie ook: Voir aussi:
2-474 - 1999/2000: 2-474 - 1999/2000:
Nr. 1: Wetsvoorstel van de heer Vankrunkelsven. No1: Proposition de loi de M. Vankrunkelsven.
2-486 - 1999/2000: 2-486 - 1999/2000:
Nr. 1: Wetsvoorstel van mevrouw van Kessel. No1: Proposition de loi de Mme van Kessel.
2-492 - 1999/2000: 2-492 - 1999/2000:
Nr. 1: Wetsvoorstel van mevrouw van Kessel. No1: Proposition de loi de Mme van Kessel.
2-1250/3 - 2001/2002 ( 2 )
Dit wetsontwerp, dat ressorteert onder de optio-
neel bicamerale procedure, werd op 15 juli 2002 aan-
genomen door de Kamer van volksvertegenwoordi-
gers, met 86 tegen 1 stem bij 46 onthoudingen, en het
werd op diezelfde dag overgezonden aan de Senaat.
Le présent projet de loi, qui relève de la procédure
facultativement bicamérale, a été adopté par la
Chambre des représentants le 15 juillet 2002, par 86
voix contre 1 et 46 abstentions, et il a été transmis au
Sénat le jour meˆme.
In toepassing van artikel 27, 1, tweede lid, van het
Reglement van de Senaat, heeft de commissie voor de
Sociale Aangelegenheden de bespreking van dit wets-
ontwerp aangevat vo´o´r de eindstemming in de Kamer
van volksvertegenwoordigers.
En application de l’article 27, 1, alinéa 2, du Règle-
ment du Sénat, la commission des Affaires sociales a
entamé la discussion de ce projet avant le vote final à
la Chambre des représentants.
Het is op 15 juli 2002 gee¨voceerd. De commissie
voor de Sociale Aangelegenheden heeft het ontwerp
in haar vergaderingen van 9, 15, 16 en 17 juli 2002
besproken in aanwezigheid van de minister van Con-
sumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu. De
commissie heeft tevens beslist om de volgende wets-
voorstellen toe te voegen aan de bespreking van het
door de Kamer overgezonden ontwerp:
Il a été évoqué le 15 juillet 2002. La commission des
Affaires sociales a discuté le projet au cours de ses
réunions des 9, 15, 16 et 17 juillet 2002 en présence de
la ministre de la Protection de la consommation, de la
Santé publique et de l’Environnement. La commis-
sion a également décidé de joindre à la discussion du
projet transmis par la Chambre les propositions de loi
suivantes:
Wetsvoorstel betreffende de rechten van de
patie¨nt (van de heer Patrik Vankrunkelsven), nr. 2-
474/1;
Proposition de loi relative aux droits du patient
(déposée par M. Patrik Vankrunkelsven), no2-474/1;
Wetsvoorstel betreffende het medisch zorg-
contract en de rechten van de patie¨nt (van mevrouw
Ingrid van Kessel), nr. 2-486/1;
Proposition de loi relative au contrat de soins
médicaux et aux droits du patient (déposée par Mme
Ingrid van Kessel), no2-486/1;
Wetsvoorstel tot aanvulling, wat het klach-
trecht van de patie¨nt betreft, van de wet op de zieken-
huizen, gecoo¨rdineerd op 7 augustus 1987 (van
mevrouw Ingrid van Kessel), nr. 2-492/1.
Proposition de loi complétant la loi sur les
hoˆpitaux, coordonnée le 7 aouˆt 1987, en ce qui
concerne le droit de plainte du patient (déposée par
Mme Ingrid van Kessel), no2-492/1.
I. INLEIDENDE UITEENZETTINGEN I. EXPOSE
´S INTRODUCTIFS
A. Wetsontwerp betreffende de rechten van de
patie¨nt (stuk Senaat, nr. 2-1250) A. Projet de loi relatif aux droits du patient (doc.
Sénat, no2-1250)
A. Inleidende uiteenzetting door de minister van
Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmi-
lieu
A. Exposé introductif de la ministre de la Protection
de la consommation, de la Santé publique et de
l’Environnement
1. De huidige situatie 1. La situation actuelle
Tot op heden heeft Belgie¨ geen specifieke wet
betreffende de rechten van de patie¨nt. De rechtsbe-
scherming van de patie¨nt is echter niet volledig onbe-
staande maar moet worden afgeleid uit internationale
verdragsteksten, uit algemene rechtsbeginselen, uit
grondwettelijke bepalingen en uit strafrechtelijke
bepalingen.
A
` ce jour, la Belgique ne dispose pas de loi traitant
spécifiquement des droits des patients. La protection
juridique du patient n’est cependant pas inexistante,
mais elle doit être déduite des conventions internatio-
nales, des principes généraux du droit, des disposi-
tions constitutionnelles et des dispositions pénales.
In sommige gevallen ontbreekt echter iedere vorm
van rechtsbescherming. Het meest prangende voor-
beeld hiervan is de wilsonbekwame, meerderjarige
patie¨nt die juridisch handelingsbekwaam is maar die
feitelijk niet (meer) in staat is tot wilsvorming of, wat
veel zeldzamer voorkomt, tot wilsuiting. In deze
gevallen wordt in de medische praktijk noodgedwon-
gen een beroep gedaan op de verwanten van deze
Dans certains cas cependant, il n’existe aucune
forme de protection juridique. L’exemple le plus
criant est le cas du patient majeur incapable, qui est
capable de poser des actes juridiques mais qui, dans
les faits, n’est pas (plus) en mesure de déterminer sa
volonté ou, ce qui est beaucoup plus rare, de
l’exprimer. Dans ces cas, dans la pratique médicale,
soit on est contraint de faire appel aux parents du
2-1250/3 - 2001/2002(3)
patie¨nt, of treedt de arts op als zaakwaarnemer van de
patie¨nt. patient, soit le médecin agit comme gestionnaire du
patient.
Behalve de bestaande maar moeilijk toegankelijke
regels en de leemten in de rechtsbescherming, zijn er
ook de dubbelzinnige en zelfs tegenstrijdige regelin-
gen. Meest opvallend voorbeeld is het recht van de
patie¨nt op inzage in het medisch dossier: een tegen-
strijdigheid tussen onrechtstreeks en rechtstreeks
inzagerecht is waar te nemen in de wetgeving.
Outre les règles existantes mais difficilement acces-
sibles et les vides dans la protection juridique, il y a
des règles équivoques, voire contradictoires. Le cas le
plus frappant est celui du droit du patient à consulter
le dossier médical: on décèle dans la législation une
contradiction entre le droit direct de consultation et le
droit indirect de consultation.
Naast de drie vermelde kwalen zijn er de patie¨nt-
onvriendelijke bepalingen. Een sprekend voorbeeld is
artikel 95 van de wet van 25 juni 1992 op de landver-
zekeringsovereenkomst. De patie¨nt wordt in het
kader van het afsluiten van een persoonsverzekerings-
overeenkomst, door de verzekeraar verplicht om aan
zijn behandelende geneesheer alle medische informa-
tie die de verzekeraar meent nodig te hebben, op te
vragen en over te maken aan de verzekeraar.
En sus des trois lacunes susvisées, il y a les disposi-
tions qui ne sont pas favorables au patient. L’arti-
cle 95 de la loi du 25 juin 1992 sur le contrat
d’assurance terrestre est un exemple éloquent. Dans le
cadre de la signature d’un contrat d’assurance de
personne, le patient est contraint par l’assureur de
requérir de son médecin traitant toutes les données
médicales dont l’assureur estime avoir besoin et de les
transmettre à ce dernier.
Vanuit wettelijk oogpunt zijn patie¨ntenrechten
momenteel een concept zonder concrete inhoud met
als gevolg een gebrek aan kennis en soms schendingen
van de meest elementaire rechten. Teneinde deze toe-
stand te verhelpen en ondermeer naar aanleiding van
de ontwikkelingen in het buitenland en internatio-
nale ontwikkelingen, werd in Belgie¨ meer en meer de
behoefte gevoeld om de rechtspositie van de patie¨nt te
versterken door het bundelen van de rechten van de
patie¨nt.
Du point de vue légal, les droits des patients consti-
tuent à l’heure actuelle un concept sans contenu
concret, ce qui entraıˆne un manque de connaissances
et, parfois, des violations des droits les plus élémentai-
res. Pour remédier à cette situation et, notamment, en
raison des développements à l’étranger et sur le plan
international, on a ressenti de plus en plus en Belgique
le besoin de renforcer la position juridique du patient
en regroupant ses droits.
Reeds tijdens de vorige legislatuur werden wetge-
vende initiatieven genomen (o.a. wetsontwerp-Colla
en wetsvoorstel-Brouns). Deze initiatieven leidden
evenwel niet tot de publicatie van een wet betreffende
de rechten van de patie¨nt in het Belgisch Staatsblad.
Het thema van de patie¨ntenrechten werd echter niet
uit het oog verloren. Een aantal wetsvoorstellen
werden in de Senaat ingediend: het wetsvoorstel
betreffende de rechten van de patie¨nt (van de heer
Patrik Vankrunkelsven; stuk Senaat, nr. 2-474/1), het
wetsvoorstel betreffende het medisch zorgcontract en
de rechten van de patie¨nt (van mevrouw Ingrid van
Kessel; stuk Senaat, nr. 2-486/1) en het wetsvoorstel
tot aanvulling, wat het klachtrecht van de patie¨nt
betreft, van de wet op de ziekenhuizen, gecoo¨rdineerd
op 7 augustus 1987 (van mevrouw Ingrid van Kessel;
stuk Senaat, nr. 2-492/1). De minister nam zelf even-
eens een initiatief dat heeft geresulteerd in voorlig-
gend wetsontwerp. Zij drukt haar wens uit dat, nog
tijdens deze legislatuur, een wetgeving omtrent de
patie¨ntenrechten zou ontstaan.
Des initiatives législatives ont déjà été prises au
cours de la législature précédente (avec notamment le
projet de loi Colla et la proposition de loi Brouns).
Ces initiatives n’ont toutefois pas abouti à la publica-
tion d’une loi relative aux droits du patient au Moni-
teur belge. Le thème des droits du patient n’a cepen-
dant pas été perdu de vue pour autant. Une série de
propositions de loi ont été déposées au Sénat: la
proposition de loi relative aux droits du patient (de
M. Vankrunkelsven; doc. Sénat, no2-1474/1), la
proposition de loi relative au contrat de soins médi-
caux et aux droits du patient (de Mme van Kessel;
doc. Sénat, no2-486/1) et la proposition de loi
complétant la loi sur les hoˆpitaux, coordonnée le
7 août 1987, en ce qui concerne le droit de plainte du
patient (de Mme van Kessel; doc. Sénat, no2-492/1).
La ministre a elle-même pris également une initiative
qui a abouti au projet de loi à l’examen. Elle exprime
le vœu qu’une législation relative aux droits des
patients puisse encore voir le jour au cours de la
présente législature.
2. Het tot stand komen en de uitgangspunten van het
wetsontwerp 2. Génèse et principes de base du projet de loi
a) Het tot stand komen van het wetsontwerp a) Génèse du projet de loi
De aanzet om een wet betreffende de rechten van de
patie¨nt uit te werken was ondermeer het regeerak- L’une des amorces de l’élaboration d’une loi rela-
tive aux droits du patient a été l’accord de gouverne-
2-1250/3 - 2001/2002 ( 4 )
koord van 7 juli 1999, waarin aangedrongen wordt
op het verzekeren van een recht op informatie en een
klachtrecht. Om uitvoering te geven aan dit engage-
ment werd in de loop van 1999 door de minister een
werkgroep samengesteld bestaande uit vertegen-
woordigers van het kabinet-Volksgezondheid en van
het bestuur van de Gezondheidszorgen en uitgebreid
met een expert terzake. De werkzaamheden van deze
werkgroep leidden tot een conceptnota betreffende de
rechten van de patie¨nt, die op 1 december 2000 werd
voorgelegd aan de Ministerraad.
ment du 7 juillet 1999, dans lequel on insistait sur la
nécessité d’assurer au patient un droit à l’information
et un droit de plainte. Afin de donner exécution à cet
engagement, la ministre a créé dans le courant de
l’année 1999 un groupe de travail composé de repré-
sentants du cabinet de la Santé publique et de
l’administration des Soins de santé, auxquels est venu
s’ajouter un expert en la matière. Les travaux de ce
groupe de travail ont abouti à une note conceptuelle
relative aux droits du patient, qui a été présentée au
Conseil des ministres le 1er décembre 2000.
De Ministerraad ging ermee akkoord dat deze
nota, als intentienota, voor voorafgaande hoorzittin-
gen met alle betrokken partijen, aan het parlement
zou worden voorgelegd en dat op basis daarvan een
voorontwerp van wet zou worden uitgewerkt. Deze
hoorzittingen vonden plaats in de loop van januari
2001 en boden aan alle betrokken partijen de moge-
lijkheid om hun opmerkingen omtrent de concept-
nota te uiten. Meer in het bijzonder kwamen juri-
dische deskundigen, vertegenwoordigers van be-
roepsbeoefenaars, van de Orde van geneesheren, van
de mutualiteiten, van gezondheidszorgvoorzienin-
gen, van patie¨ntenverenigingen, en dergelijke meer
aan bod.
Le Conseil des ministres a marqué son accord pour
que cette note soit soumise au Parlement, comme note
d’intention destinée à des auditions préalables de
toutes les parties concernées, et pour qu’un projet de
loi soit élaboré sur cette base. Ces auditions ont eu
lieu dans le courant du mois de janvier 2001 et ont
donné à toutes les parties concernées la possibilité de
faire part de leurs observations sur la note concep-
tuelle. A
` cette occasion ont été entendus notamment
des experts juridiques, des représentants des prati-
ciens, de l’Ordre des médecins, des mutualités, des
établissements de soins de santé, des associations de
patients, etc.
Het voorontwerp van wet dat na bespreking in de
ministerraad tot stand kwam op basis van deze hoor-
zittingen, werd voorgelegd voor advies aan de
Commissie voor de bescherming van de persoonlijke
levenssfeer en aan de Raad van State. Het eerstge-
noemde advies werd op 22 augustus 2001 bekomen;
dat van de Raad van State werd verstrekt op 4 decem-
ber 2001.
L’avant-projet de loi qui a été élaboré sur la base de
ces auditions, après avoir été discuté en conseil du
ministre, a été soumis pour avis à la Commission de la
protection de la vie privée et au Conseil d’E
´tat. Le
premier avis a été rendu le 22 août 2001 tandis que le
Conseil d’E
´tat a rendu le sien le 4 décembre 2001.
De Raad bleef bij zijn reeds vroeger meegedeelde
standpunt, dat de problematiek van de ziekenhuizen
zowel betrekking heeft op federale als op gemeen-
schapsaangelegenheden. Als gevolg daarvan diende
het hoofdstuk dat betrekking had op de aansprake-
lijkheid van de ziekenhuizen, grondig te worden
herwerkt. Dankzij de constructieve houding van de
leden van de Kamercommissie voor de Volksgezond-
heid, het Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieu-
wing, zowel van de meerderheid als van de oppositie,
kon artikel 17 echter worden aangepast zodat het
beter aansluit bij de initie¨le bedoeling van de regering.
Le Conseil a maintenu son point de vue, qu’il avait
déjà exprimé précédemment, selon lequel la problé-
matique des hoˆpitaux a trait à des matières tant fédé-
rales que communautaires. Par conséquent le chapitre
relatif à la responsabilité des hoˆpitaux doit être rema-
nié en profondeur. Graˆce à l’attitude constructive des
membres de la commission de la Santé publique, de
l’Environnement et du Renouveau de la société de la
Chambre, tant de la majorité que de l’opposition,
l’article 17 a cependant pu être adapté de manière à
mieux correspondre à l’intention initiale du gouver-
nement.
b) De uitgangspunten b) Les principes de base
Met het oog op een gemakkelijke toegankelijkheid
en een betere naleving van de rechten van de patie¨nt,
werd vooreerst geopteerd voor een eenvoudige en
duidelijke wet. Dit betekent ondermeer dat enkel de
meest essentie¨le rechten worden vastgelegd en dat uit-
zonderingen en inperkingen van de rechten van de
patie¨nt zoveel mogelijk worden beperkt.
Afin de garantir une meilleure accessibilité et un
respect accru des droits du patient, on a opté, dans un
premier temps, pour la mise au point d’une loi simple
et précise. Cela implique entre autres que seuls les
droits les plus essentiels sont consacrés et que les
exceptions et les restrictions doivent être limitées au
maximum.
Tevens met deze doelstelling voor ogen, wordt
ervoor gekozen om de patie¨ntenrechten niet in Dans cette optique, il a été décidé de ne pas intégrer
les droits du patient dans la législation existante mais
2-1250/3 - 2001/2002(5)
bestaande wetgeving maar in een afzonderlijke wet
onder te brengen. Bovendien wordt ervan uitgegaan
dat het flankerend beleid — bijvoorbeeld informatie-
campagnes — een belangrijke rol te vervullen heeft op
het vlak van een betere kennis en een betere waarde-
ring van de rechten van de patie¨nt.
de les formuler dans une loi distincte. En outre, on est
parti du principe que la politique d’accompagnement
— par exemple les campagnes d’information — a un
roˆle important à jouer en vue d’une meilleure
connaissance et d’une meilleure valorisation des
droits du patient.
Een regeling voor de vergoeding van de schade ten
gevolge van al dan niet foutief handelen van een be-
roepsbeoefenaar sluit ongetwijfeld logisch aan bij een
wet betreffende de rechten van de patie¨nt. Een wets-
ontwerp dat hierop betrekking heeft zal dan ook zo
snel mogelijk worden ingediend, teneinde een zo
groot mogelijke zekerheid te cree¨ren bij de betrokken
zorgverstrekkers. De minister verwijst in dit verband
naar de verklaring over de foutloze aansprakelijk-
heidsregeling inzake gezondheidszorg van de eerste
minister, naar aanleiding van de eindstemming over
voorliggend ontwerp in de Kamer van volksvertegen-
woordigers.
Une réglementation relative à l’indemnisation du
dommage provoqué ou non par une faute commise
par un praticien professionnel s’inscrit logiquement
dans le droit fil d’une loi sur les droits du patient. Un
projet de loi portant sur ce point sera déposé le plus
rapidement possible afin de créer la plus grande sécu-
rité possible chez les prestataires de soins concernés.
La ministre renvoie à cet égard à la déclaration du
premier ministre relative à la responsabilité sans faute
en matière de soins de santé, qu’il a faite lors du vote
final sur le présent projet à la Chambre des représen-
tants.
Vermits het voorontwerp van wet er van uitging
dat het regelen van de rechten van de patie¨nt behoort
tot de bevoegdheid van de federale wetgever, werden
aanvankelijk de basisrechten van de patie¨nt geformu-
leerd zowel ten opzichte van de beroepsbeoefenaars
als van de gezondheidszorgvoorzieningen. Er werd
zelfs een vermoeden van centrale aansprakelijkheid
van de voorzieningen ingevoerd. In zijn advies aan-
vaardde de Raad van State echter enkel de uitslui-
tende bevoegdheid van de federale wetgever inzake
patie¨ntenrechten ten opzichte van de beoefenaars van
gezondheidszorgberoepen, die worden opgesomd in
het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967.
De uiteindelijke tekst van het ontwerp blijft dan ook
daartoe beperkt. De minister verklaart echter, op de
meest formele wijze, dat er zo snel mogelijk gesprek-
ken zullen worden gestart met gemeenschappen en
gewesten om tot een samenwerkingsakkoord te
komen, zodat de rechten van de patie¨nt ook worden
vastgelegd ten aanzien van de gezondheidszorgvoor-
zieningen.
Comme l’avant-projet de loi partait du principe
que la réglementation des droits du patient relève de
la compétence du législateur fédéral, les droits du
patient ont été initialement formulés par rapport aux
prestataires de soins et équipements de soins de santé.
Une présomption de responsabilité centrale des équi-
pements à quand même été instaurée. Dans son avis,
le Conseil d’E
´tat a uniquement accepté la compétence
exclusive du législateur fédéral en matière de droits du
patient par rapport aux praticiens des professions des
soins de santé, lesquels sont énumérés à l’arrêté royal
no78 du 10 novembre 1967. Le texte final du projet se
limite donc à cet aspect. La ministre déclare cepen-
dant de la manière la plus formelle que des discussions
seront entamées le plus rapidement possible avec les
communautés et les régions afin d’aboutir à un accord
de coopération permettant que les droits du patient
soient également instaurés à l’égard des équipements
de soins de santé.
Hierdoor wordt evenwel niet geraakt aan de
talrijke voordelen die de wet ten opzichte van de hui-
dige toestand biedt. Zo kan gedacht worden aan
volgende verbeteringen die voor iedere patie¨nt in
Belgie¨, op welke plaats ook, gelden:
Toutefois, on ne touche pas aux multiples avanta-
ges que la loi offre par rapport à la situation actuelle.
Ainsi, on peut penser aux améliorations suivantes,
valables pour tous les patients, quel que soit l’endroit
où ils se trouvent en Belgique:
in de plaats van een onoverzichtelijke, versnip-
perde en ontoegankelijke situatie, wordt een speci-
fieke, overzichtelijke en toegankelijke patie¨ntenrech-
tenwet aangeboden;
à l’opacité, la fragmentation et la complexité
succèdent davantage de transparence et de simplicité
graˆce à une loi spécifique sur les droits du patient;
een duidelijke en overzichtelijke wettekst leidt
tot het voorkomen van conflicten en het versterken
van de vertrouwensrelatie patie¨nt-beroepsbeoefenaar
daar beide partners duidelijk kennis hebben van hun
wederzijdse rechten en plichten. Een belangrijk
aspect van de relatie waaromtrent op heden verwar-
ring bestaat en dat vaak tot conflicten leidt, en waaro-
ver nu duidelijkheid wordt verschaft, is het inzage-
un texte de loi clair et précis permet d’éviter les
conflits et de consolider la relation de confiance entre
le patient et le praticien professionnel, étant donné
que les deux partenaires connaissent clairement leurs
droits et devoirs mutuels. Un aspect important de la
relation, qui fait l’objet d’une certaine confusion à
l’heure actuelle et mène souvent à des conflits, et sur
lequel une clarification intervient, est le droit de
1 / 117 100%
La catégorie de ce document est-elle correcte?
Merci pour votre participation!

Faire une suggestion

Avez-vous trouvé des erreurs dans linterface ou les textes ? Ou savez-vous comment améliorer linterface utilisateur de StudyLib ? Nhésitez pas à envoyer vos suggestions. Cest très important pour nous !